2011 - 80 (6)

Volume 80 (2011), nr. 6

80 (6) pp 422-424

Volledige tekst: 
pp 422-424
Vraag en antwoord

80 (6) pp 417-421

Titel: 
Beginjaren van de kunstmatige inseminatie bij rundvee in Vlaanderen - Deel 1: Start aan de jonge Gentse veeartsenijschool en in Oost-Vlaanderen (1946-1950)
Auteur(s): 
G. SIERENS, L. DEVRIESE, P. BONTE
Volledige tekst: 
pp 417-421
Uit het verleden

80 (6) pp 407-415

Titel: 
Basisprincipes en gebruik van cytologie in de praktijk
Auteur(s): 
S. MAES, K. CHIERS, R. VAN DER LUER, R. DUCATELLE
Samenvatting: 
Cytologie is een eenvoudige, niet-invasieve, goedkope techniek voor diagnosestelling die in dediergeneeskunde meer en meer ingeburgerd geraakt. In dit overzichtsartikel worden de techniek vanstaalname en het maken en kleuren van preparaten aangehaald. Ook de huidige toepassingen bijverschillende diersoorten komen aan bod. Daarna worden de basisprincipes van het aflezen vanpreparaten besproken en geïllustreerd met afbeeldingen.
Volledige tekst: 
pp 407-415
Permanente vorming

80 (6) pp 403-406

Titel: 
Leverbot op een Belgische stoeterij
Auteur(s): 
J. CAMPE, PH. VYT, K. DUCHEYNE
Samenvatting: 
Op een stoeterij werd tussen het najaar van 2009 en het najaar van 2010 een aanslepend probleem vastgesteldvan paarden die onvoldoende in conditie waren. Dit uitte zich vooral in een ruw haarkleed en vermagerenondanks een correct ontwormingsschema. Bloedonderzoek toonde enkel afwijkende leverwaardenaan, meer specifiek een gestegen gamma-glutamyltransferase (GGT) gehalte. Via coprologisch onderzoek kondenbij één paard eieren van Fasciola hepatica aangetroffen worden. Na behandeling met triclabendazole verdwenende symptomen volledig. Deze casus toont aan dat fasciolosis moet geïncorporeerd worden in de differentiaaldiagnosebij paarden met onvoldoende conditie, vermageren en gestegen leverenzymen.
Volledige tekst: 
pp 403-406
Casuïstiek(en)

80 (6) pp 395-402

Titel: 
Twee gevallen van peritoneopericardiale hernia diafragmatica bij de kat
Auteur(s): 
V. CORDON GUISADO, V. BAVEGEMS, G. VERCAUTEREN, T. WAELBERS, P. PEY, A. RUBIO GUZMAN, B. VAN GOETHEM, H. DE ROOSTER
Samenvatting: 
Een peritoneopericardiale hernia diafragmatica (PPDH) is bij katten vaak een toevalsbevinding tijdensechocardiografie of op thoraxradiografieën. Twee gevallen van PPDH bij katten met klinische tekenen wordenhier besproken. De eerste kat vertoonde inspiratiore dyspnee zonder stridor ten gevolge van een herniatie vanhet omentum, de pylorus, de lever en de galblaas in de pericardiale holte. De tweede casus was uitzonderlijkerdan de eerste. De kat werd aangeboden met intermitterende tachycardie. Tijdens de chirurgische correctie vande PPDH werd het myocard van het linkerventrikel beschadigd. De kat werd geëuthanaseerd.Histopathologisch onderzoek van het hart, het diafragma en de lever toonde aan dat het epicard en hetleverkapsel niet te differentiëren waren en een aaneensluitende bindweefsellaag vormden.
Volledige tekst: 
pp 395-402
Casuïstiek(en)

80 (6) pp 387-394

Titel: 
Acute sterfte bij het rund: autopsieprotocol en retrospectieve studie
Auteur(s): 
E. VANNESTE, P. WEYENS, B. PARDON, K. CHIERS
Samenvatting: 
Wanneer een ogenschijnlijk gezond dier binnen de 24 uur na het optreden van de eerste ziektesymptomensterft, spreekt men van acute sterfte. In de literatuur worden diverse oorzaken van acute sterfte beschreven.Onder praktijkomstandigheden is het bevestigen van de oorzaak van acute sterfte aan de hand vanlijkschouwing dikwijls een moeilijke opgave. Voor verzekeringsaangelegenheden of in geval vanbedrijfsproblemen is een exacte diagnose nochtans noodzakelijk. In dit artikel wordt een praktischbenaderingsprotocol voor acute sterfte bij rundvee beschreven. Dit protocol werd opgesteld aan de hand vaneen literatuurstudie en een retrospectieve analyse van 124 lijkschouwingen van acuut gestorven runderen inVlaanderen. De meest frequente doodsoorzaken waren enterotoxemie (23,7%) gevolgd door acute pneumonie(9,3%) en intoxicatie door Taxus baccata (6,8%).
Volledige tekst: 
pp 387-394
Origine(e)l(e) artikel(en)

80 (6) pp 379-386

Titel: 
Bepaling van occult bloed in de mest van paarden
Auteur(s): 
N. VAN DER VEKENS, P. DEPREZ
Samenvatting: 
In de humane geneeskunde wordt er frequent gebruik gemaakt van zowel chemische als immunochemischetestkits voor het opsporen van fecaal occult bloed. Bij het paard is daarover weinig bekend. Daarom werd inde voorliggende studie de bruikbaarheid van de chemische Hemoccult SENSA-test bij het paard geëvalueerd.Uit de studie bleek dat deze testkit een goede sensitiviteit en specificiteit heeft voor het opsporen van distaleintestinale bloedingen bij paarden op stalrantsoen. Bij paarden met weidebeloop gaf de test te veel valspositieveresultaten. Dit was waarschijnlijk te wijten aan de aanwezigheid van plantenperoxidasen in het dieet. Dezevalspositieve resultaten konden, in tegenstelling tot bij het humane testprotocol, niet geëlimineerd wordendoor de testkaart op een later tijdstip te ontwikkelen. De specificiteit van de test kon daarentegen verhoogdworden door de analyse uit te voeren nadat de dieren minstens vier dagen werden opgestald. De detectielimietvan de Hemoccult SENSA-test ligt lager bij het paard dan bij de mens. In de voorliggende studie kon tot 1%bloedverlies in de mest opgespoord worden. Dit komt overeen met 120 ml bloedverlies per dag.
Volledige tekst: 
pp 379-386
Origine(e)l(e) artikel(en)