Titel:
Het inschatten van energiereserves onder de vorm van vet bij hoogproductieve melkkoeien
Auteur(s):
M. VAN EETVELDE, S. DE SMET, G. OPSOMER
Samenvatting:
In dit onderzoek werd nagegaan in welke mate de subcutane en intra-abdominale vetdepots bij melkkoeienmet elkaar gecorreleerd zijn en op welke manier deze vetdepots bij het levende dier kunnen worden geschat.Bij 74 melkkoeien werd net vóór het slachten de hoeveelheid vet opgeslagen ter hoogte van de subcutisgemeten. Daarvoor werden 3 verschillende meetmethoden gebruikt, namelijk het bepalen van delichaamsconditiescore (body condition score of BCS), het echografisch meten van de rugvetdikte en het metenvan de bio-elektrische impedantie (bioelectrical impedance analysis of BIA) ter hoogte van de rug van het dier.Na het slachten werd de hoeveelheid vet opgeslagen in het omentum bepaald aan de hand van een zelfontworpen omentumscore op een vijfpuntenschaal. Uit de resultaten blijkt dat er een goede correlatie bestaattussen de verschillende technieken die gebruikt werden om de hoeveelheid subcutaan vet te meten. Vooral decorrelatie tussen de BCS en de echografische rugvetdiktemeting was hoog (r=0,71; p<0,001), terwijl er eenlagere doch eveneens significante correlatie werd gevonden tussen de BIA en de BCS (r=0,39; p<0,01) en deBIA en de echografische rugvetdiktemeting (r=0,57; p<0,001). Opmerkelijk is dat er geen correlatie werdgevonden tussen de hoeveelheid vet opgeslagen in de subcutis en de hoeveelheid vet opgeslagen in het omentum(correlatie omentumscore-echografische rugvetdiktemeting: r=0,10; p=0,39; correlatie omentumscore-BCS:r=0,20; p=0,08). Ook de resultaten bekomen aan de hand van bio-elektrische impedantie waren nietgecorreleerd met de omentale vetheidscore (r=0,10; p=0,40), wat echter zou kunnen verkaard worden door deplaatsing van de BIA- elektroden op de rug van het dier. Concluderend kan wel gesteld worden dat wat‘vetheid’ betreft, er melkkoeien zijn die, naargelang het lactatiestadium, uitwendig als ideaal wordenbeoordeeld, terwijl zij inwendig sterk vervet kunnen zijn. Veehouders en dierenartsen dienen zich hiervanbewust te zijn aangezien deze dieren een sterk verhoogd risico kunnen lopen op gezondheidsproblemen na hetafkalven. Daarnaast is er meer wetenschappelijk onderzoek nodig om een techniek te ontwikkelen waarmeeook de inwendige vetopslag bij melkkoeien op een accurate manier kan worden bepaald.