80 (4) pp 287-295
Een 14-jarige, vrouwelijke, gecastreerde jack russell terriër werd aangeboden met een subcutaneverplaatsbare massa op de rechterbil die jarenlang beschouwd werd als lipoom. Na een mastectomie werdenechter op histopathologisch onderzoek talrijke mastcellen aangetroffen in de inguinale lymfeknoop. Er werdenfijne-naald-aspiraten van de massa op de bil genomen. Daaruit bleek dat de massa geen lipoom maar eenmastocytoom was. Na stagering bestond de behandeling uit een neoadjuvant prednisolonetherapie, gevolgddoor een radicale chirurgische excisie van de massa. Het huiddefect werd gesloten met een transpositieflap.Histopathologie en immunohistochemie duidden op een graad II-mastocytoom zonder prognostisch negatieveindicatoren. Het postoperatief herstel verliep vlot en 347 dagen na de behandeling waren er geen aanwijzingenvoor recidief.