Casuïstiek(en)

Nederlands

85 (5) pp 297

Titel: 
Traumatische hernia diafragmatica gecompliceerd met een tensiegastrothorax bij een hond
Auteur(s): 
L. GEERINCKX, E. VAN DER VEKENS, B. VAN GOETHEM, J.H. SAUNDERS
Samenvatting: 
Een tien maanden oude, mannelijke cavalierkingcharles-spaniël werd twee maanden naeen abdominaal bijttrauma aangeboden met inspiratoire dyspnee en positionele pijnklachten.Afwezige long- en hartgeluiden bij auscultatie van de linkerhemithorax deden traumatischehernia diafragmatica vermoeden. Radiografische opnamen bevestigden dit maar bijkomendwerd tympanie van de gehernieerde maag vastgesteld. Dit wordt tensiegastrothorax genoemden is steeds een acute levensbedreigende complicatie van de hernia. Omwille van de progressiefverergerende cardiorespiratoire toestand en het onvermogen om de maag te sonderen werdovergegaan tot een spoedoperatie. Via standaard chirurgische benadering werd de maaggeherpositioneerd en de traumatische hernia diafragmatica hersteld. Het postoperatief herstelverliep ongecompliceerd en één jaar na de operatie stelde de hond het nog steeds goed.
Volledige tekst: 
pp 297-304
Casuïstiek(en)

85 (5) 291

Titel: 
Multicentrisch B-cellymfoom bij een dwerggeit
Auteur(s): 
H. VERSNAEYEN, I. KOLKMAN, M. VAN AERT, S. RIBBENS, K. CHIERS, P. DEPREZ, B. PARDON
Samenvatting: 
In dit artikel wordt een zes jaar oude, mannelijke dwerggeit met acute perifere lymfadenopathiebeschreven die initieel begon met opzetting van de inguinale lymfeknopen. Op het lichamelijkonderzoek werd ook zwelling van de retrofaryngeale, de boeg- en de inguinale lymfeknopen vastgesteld.Serologisch onderzoek naar boviene leukemie, capriene artritis-encefalitisvirus en caseuze lymfadenitiswas negatief. Cytologisch onderzoek van een dunnenaaldaspiraat van de prescapulaire lymfeknopentoonde multipele, grote lymfoblastische cellen. Vanwege de algemene klinische achteruitgang en slechteprognose werd besloten het dier te euthanaseren. Op autopsie werd een veralgemeende vergrotingvan de lymfeknopen waargenomen. Na histologisch en immunohistochemisch onderzoek van delymfeknopen werd deze neoplasie als een multicentrisch B-cellymfoom gekarakteriseerd.
Volledige tekst: 
pp 291-296
Casuïstiek(en)

85 (4) pg 215

Titel: 
Flexorenthesopathie bij een Italiaanse cane corso: diagnostische bevindingen en resultaat na behandeling
Auteur(s): 
L. STAMMELEER, E. DE BAKKER, E. STOCK, V. DEHUISSER, I. GIELEN, B. VAN RYSSEN
Samenvatting: 
Flexorenthesopathie is een elleboogaandoening die voornamelijk bij volwassen hondenmankheid veroorzaakt. In deze casus wordt de evolutie van primaire flexorenthesopathie oplange termijn besproken bij een Italiaanse cane corso. Deze hond werd op 1,5 jarige leeftijdgediagnosticeerd met bilaterale primaire flexorenthesopathie. De diagnose werd gesteld op basisvan verschillende beeldvormingstechnieken, i.e. radiografie, computertomografie en artroscopie.De behandeling bestond uit het herhaaldelijk injecteren van het gewricht met methylprednisoloneacetaaten had telkens een tijdelijk effect van enkele maanden en leidde uiteindelijk tot eenacceptabele mobiliteit. Radiografisch was er na vier jaar een duidelijke toename in grootte vande calcificatie en een toename van artrose in het gewricht.
Volledige tekst: 
pp 215-220
Casuïstiek(en)

85 (4) pg 206

Titel: 
Behandeling van een chronische huidwonde bij een hond via negatieve druktherapie
Auteur(s): 
S. LIPPENS, A. FURCAS, M. OR, B. VAN GOETHEM, I. POLIS, H. DE ROOSTER
Samenvatting: 
Een vier jaar en acht maanden oude whippet werd aangeboden met een chronische huidwonde ter hoogte van het mediale aspect van de rechterelleboog. Wegens de chroniciteit van de wonde werd het wondbed eerst zorgvuldig gedebrideerd en nadien behandeld met negatieve druktherapie. Deze relatief nieuwe techniek in de diergeneeskunde biedt allerlei voordelen die het genezingsproces van een chronische wonde ten goede komen. In de huidige casus leidde de negatieve druktherapie in eerste instantie tot de snelle ontwikkeling van een mooi granulatiebed. Om een optimaal eindresultaat te bekomen werd daaropvolgend gebruik gemaakt van een autologe huidtransplantatie (“full-thickness mesh graft”), die eveneens onder negatieve druktherapie werd geplaatst. Dit zorgde, ondanks de lastige lokalisatie van de wonde, voor een snelle aanhechting en optimale overleving van de huidgreffe. Na amper vier weken was de wonde nagenoeg volledig geheeld, terwijl ze eerder, ondanks allerlei behandelingen, gedurende meer dan twee maanden geen genezing vertoonde.
Volledige tekst: 
pp 206-2015
Casuïstiek(en)

85 (4) pg 197

Titel: 
Feminisatie en ernstige pancytopenie veroorzaakt door testiculaire neoplasie bij een cryptorche hond
Auteur(s): 
D. PAEPE, L. HEBBELINCK, A. KITSHOFF, S. VANDENABEELE
Samenvatting: 
In deze casuïstiek wordt een paraneoplastisch syndroom beschreven veroorzaakt door een testistumorbij een tien jaar oude, cryptorche hond. Feminisatie en pancytopenie werden gezien als gevolg vande productie van oestrogenen door het testiculaire neoplastisch proces. De diagnose van testistumoren geassocieerde beenmergsuppressie werd gesteld door middel van echografie en bloedonderzoek,waarbij de oestrogeenbloedspiegel sterk gestegen was. Urineonderzoek toonde een urineweginfectieaan. De hond werd gecastreerd, kreeg een bloedtransfusie en werd behandeld met antibiotica. Na eeninitiële verbetering stierf de hond onverwacht, ongeveer drie weken na het stellen van de diagnose.In deze casus wordt benadrukt dat tekenen van feminisatie tijdig opgemerkt dienen te worden bij intacte,mannelijke honden en dit om erge, mogelijk irreversibele, hematologische gevolgen door beenmergsuppressiete vermijden. Electieve castratie van beide testes is sterk aangeraden bij dieren metcryptorchidie omdat neoplastische transformatie van de niet-afgedaalde testis kan optreden, mogelijkmet een fatale uitkomst.
Volledige tekst: 
pp 197-205
Casuïstiek(en)

85 (3) pg 163

Titel: 
Neusbloeden bij een zesjarig paard na fenylefrinebehandeling voor een dorsale colonverplaatsing over de milt-nierband
Auteur(s): 
P. KELLER, A. DUFOURNI, M. VAN DE VELDE, C. BAUWENS, G. VAN LOON
Samenvatting: 
Left dorsal displacement of the large colon is a common cause of colic in horses. Treatmentconsists of surgery, rolling the horse under general anesthesia or intravenous administration ofphenylephrine. Treatment with phenylephrine, an α1-adrenergic drug, is often associated withsweating and trembling. Especially in horses of more than 15 years old, fatal hemorrhage mayoccur due to hemothorax or hemoperitoneum. Therefore, phenylephrine treatment is generallynot given in horses over 15 years of age. In this report, severe epistaxis in a six-year-old Quarterhorse is described after intravenous administration of 22.5 μg/kg BW phenylephrine, and it ishighlighted that hemorrhage may also occur in younger horses.
Volledige tekst: 
pp 163-166
Casuïstiek(en)

85 (3) pg 157

Titel: 
Complicaties na marsupialisatie van een arachnoïd diverticulum bij een rottweiler
Auteur(s): 
L. GEERINCKX, E. ROYAUX, I. GIELEN, S. BHATTI, M. TSHAMALA, L. VAN HAM
Samenvatting: 
Een jonge, mannelijke rottweiler werd aangeboden met neurologische symptomen die sindszijn geboorte aanwezig waren. De hond vertoonde hypermetrie op de voorhand, ataxie op deachterhand en zijn proprioceptie was achteraan duidelijk vertraagd. Computertomografischonderzoek na myelografie en een MRI-onderzoek toonden een lang dorsaal subarachnoïdaaldiverticulum aan, dat zich uitbreidde van craniaal C2 tot craniaal C5. Dit diverticulum veroorzaakteeen ruggenmergcompressie, die de neurologische symptomen verklaarde. De hond werdgeopereerd via een cervicale dorsale laminectomie, gevolgd door durotomie en marsupialisatie.Postoperatief waren er complicaties, waardoor de hond opnieuw geopereerd moest worden.Hierna was nog een vijftal dagen mechanische ventilatie nodig, waarna de hond weer zelfstandigkon ademen. De neurologische toestand van de hond verbeterde postoperatief geleidelijk. Hijherstelde volledig en deed het elf maanden postoperatief nog altijd goed.
Volledige tekst: 
pp 157-162
Casuïstiek(en)

85 (3) pg 141

Titel: 
Peritoneopericardiale hernia diafragmatica met eenmalige pericardiale effusie bij een beagle
Auteur(s): 
S. VAN DER MEEREN, V. BAVEGEMS, A. WILLEMS, ELKE VAN DER VEKENS, H. DE ROOSTER
Samenvatting: 
Een mannelijke, gecastreerde beagle werd op vierjarige leeftijd aangeboden omwille van ascites,tachypnee, partiële anorexie en lethargie. Via radiografie, echocardiografie en computertomografiewerd de hond gediagnosticeerd met pericardiale effusie en een peritoneopericardialehernia diafragmatica, waarbij vermoedelijk enkel omentum was geherniëerd in het hartzakje.Een abdominocentese en pericardiocentese werden uitgevoerd. De peritoneopericardiale herniadiafragmatica werd niet chirurgisch gecorrigeerd, aangezien er na een eenmalige pericardiocentesegeen nieuwe pericardiale effusie ontstond en de patiënt het klinisch goed stelde. Tijdens hetcontrolebezoek, een half jaar na de pericardiocentese, was de patiënt actief en speels en was ernog steeds geen sprake van recidiverende pericardiale effusie.
Volledige tekst: 
pp 150-156
Casuïstiek(en)

85 (2) pg 94

Titel: 
Orale ivermectine-intoxicatie op een vleeskalverbedrijf
Auteur(s): 
H. VERMEULEN, B. PARDON, S.CROUBELS, J. VERCRUYSSE, P. DEPREZ
Samenvatting: 
In deze casus wordt een vermoedelijk kwaadwillige, orale ivermectine-intoxicatie op eenVlaams vleeskalverbedrijf besproken. Alle 330 kalveren van twee tot vier weken oud werden inde eerste week na aankomst op het bedrijf getroffen. De symptomen waren ernstige depressie,het neerliggen in laterale of sternale positie, tremor en kopschudden. Uiteindelijk stierf 13,6%van de kalveren. De overige dieren herstelden gradueel met ondersteunende orale rehydratatietherapieover een termijn van vijf tot zeven dagen. In de kunstmelk kon een ivermectinegehaltevan 35 mg/kg aangetoond worden. In het serum van drie kalveren werden ivermectinegehaltesvan 0,75 mg/kg tot 1,1 mg/kg gevonden. De vermoedelijk toegediende dosering was 1,75 mg/kglichaamsgewicht voor een gemiddeld kalf (40 kg). In deze casus wordt aangetoond dat orale toxiciteitsverschijnselenvan ivermectine bij kalveren van twee tot vier weken oud kunnen optredenaan een dosis die 8,75 keer hoger is dan de geregistreerde therapeutische dosis voor subcutanetoediening bij rundvee.
Volledige tekst: 
pp 094-099
Casuïstiek(en)

85 (2) pg 87

Titel: 
Mandibulair samengesteld odontoom bij een jonge bordercollie
Auteur(s): 
F. BOERJAN, L. VERHAERT, H. DE COCK, H. DE ROOSTER
Samenvatting: 
Een vrouwelijke bordercollie van vier maanden oud werd aangeboden met een harde zwellingter hoogte van de linkeronderkaaktak. De belangrijkste differentiaaldiagnose voor dit typeletsel bij een jonge hond omvat een dentigene cyste, een papillair squameus celcarcinoom of eenodontoom. Om tot een diagnose te komen werden intra-orale radiografische opnamen gemaakten werd er een biopt genomen. Histopathologisch onderzoek wees uit dat het een samengesteldodontoom (“compound odontoma”) betrof en de hond werd hiervoor chirurgisch behandeld. Depostoperatieve heling verliep vlot en er werden geen tekenen van recidief waargenomen bij deradiografische controle drie maanden later.
Volledige tekst: 
pp 087-093
Casuïstiek(en)

Pagina's